Meestal wordt het begrip duurzaamheid in verband gebracht met ecologische, economische, en/of esthetische onderwerpen. Logisch want de wereld kent veel uitdagingen zoals het in stand houden van de biodiversiteit en schoon drinkwater toegankelijk houden voor iedereen. Duurzaamheid wordt echter minder snel in verband gebracht met het opbouwen van menselijke relaties. Dit terwijl we steeds vaker langs elkaar heen leven. En de mensen die we tegenkomen behoren vaak tot onze eigen etnische, culturele en religieuze groep. Duurzame menselijke relaties hebben en onderhouden is belangrijk, anders doet dit afbreuk aan de sociale cohesie, met als gevolg uitsluiting van bepaalde mensen in de samenleving.
De plek om te leren hoe je duurzame relaties aangaat met anderen buiten je eigen groep is, niet verrassend gezien mijn onderwijsachtergrond, het onderwijs! Ik kan me voorstellen dat je denkt wat een dooddoener, dat roept praktisch iedereen. Dat dacht onze premier Mark Rutte in ieder geval wel toen ik een aantal jaar geleden, tijdens een bijeenkomst met 200 afgevaardigden van verschillende etnische, religieuze, en culturele groepen, ditzelfde antwoord gaf. Ik zie hem nog staan, glimlachend, en wellicht een beetje onderschattend, toen hij mij voor de hele groep afgevaardigden met de microfoon onder mijn neusje vroeg: “Hoe dan?”
Zo op de spot, dacht ik snel aan alle presentatietrainingen die ik gevolgd had. Ik telde daarom rustig tot drie en sprak de zaal als volgt toe:
Of je het nu leuk vindt of niet, steden als Amsterdam, Utrecht en Rotterdam zijn diverse steden en worden steeds diverser. De groeiende diversiteit binnen de diversiteit wordt door Maurice Crul, hoogleraar aan de Vrije Universiteit Amsterdam, ook wel aangeduid als superdiversiteit. Het begrip betekent dat de diversiteit binnen sociale groepen vele malen groter is dan tussen sociale groepen. Het volstaat dan ook niet meer om mensen te ‘zien’ louter op basis van hun etnische en religieuze achtergrond. Crul betoogt dan ook om te stoppen met kijken volgens de verouderde wij-en-zij-opdelingen, wat een deconstructief effect heeft op de sociale cohesie. Een duurzamer alternatief is het denken vanuit een superdiversiteitsperspectief. Want wanneer je de superdiversiteitsbril opzet, Mark, dan zie je de combinatie van allerlei achtergrondvariabelen die bepalen waar, hoe, en met wie iemand leeft. Eenvoudig gesteld, je krijgt een holistische kijk op wie iemand is en dan onderschat je iemand niet op basis van zijn uiterlijk.
Na onverwacht applaus vanuit het publiek ging ik verder:
En aangezien er superdiverse steden zijn, zijn scholen in die steden vast ook superdivers zegt Sabine Severiens, hoogleraar aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Deze superdiverse realiteit op school roept gelijk een belangrijke vraag op, zoals: vergt lesgeven meer of andere vaardigheden van je als docent? Deze vraag vormt aanleiding voor onderzoek en debatten in de onderwijswetenschappen en lerarenopleidingen. Hoewel de meningen hierover verdeeld zijn en onderzoek naar superdiverse scholen in het beginstadium verkeert, is de algemene opvatting: ja, lesgeven in een superdiverse klas vraagt wel degelijk ook andere vaardigheden van docenten.
Een superbelangrijke docentvaardigheid is het in staat zijn om interetnische en interreligieuze vriendschappen op te kunnen bouwen in je klas. Hoewel kinderen zichzelf tot specifieke etnische en religieuze groepen kunnen rekenen, is het vele malen aannemelijker dat zij veel delen met anderen, los van etnische en religieuze achtergrondkenmerken. Leerlingen spelen vaak dezelfde games (zoals het voetbalspel FIFA), luisteren dezelfde muziek (bijvoorbeeld naar de Nederlandse rapformatie Zwart Licht) en/of hebben dezelfde kledingstijl (denk aan het Nederlandse kledingmerk DailyPaper). Het is dan ook als docent de kunst juist die nuances tussen groepen te vinden en de overeenkomsten te zien. Om leerlingen de alternatieve superdiversiteitsbril aan te reiken, zodat ze stoppen met wat ik zojuist benoemde als de verouderde wij-en-zij-opdeling. Dit zorgt ervoor dat leerlingen nog beter in staat zijn om duurzame relaties aan te gaan met mensen uit verschillende etnische en religieuze groepen.
Na afloop van mijn onverwachte toespraak kwamen een hoop mensen met me praten. Mensen die interesse toonden in het alternatief. Mensen die ook wilden zien en gezien worden door de superdiversiteitsbril. Mensen die, net als ik, geloven dat superdiversiteit leidt tot het opbouwen van duurzame menselijke relaties.
Fadie Hanna,
Docent/onderzoeker op de Universitaire Pabo van Amsterdam en Hogeschool van Amsterdam Pabo; en trainer van onze Fawaka Ondernemersschool docenten.